Identiteit

De school is een van oorsprong een katholieke school. Hoewel we dit niet meer expliciet uitdragen, zien we dit terug in de manier waarop wij met elkaar omgaan, in een sfeer van respect, zorg en verantwoordelijkheid voor elkaar. Op eigentijdse en creatieve wijze wordt vormgegeven aan levensbeschouwelijk onderwijs, geïntegreerd in het thematisch onderwijs. Hierbij laten we ons inspireren door verhalen, tradities, rituelen, feesten en ontmoetingen tussen mensen. We vieren het kerst- en paasfeest met elkaar en hebben aandacht voor de feesten uit andere religies. We dagen kinderen uit na te denken over de diepere dingen van het leven.

Verbonden met de mensen en de wereld om je heen

Samen met de mensen om je heen mag je je ontwikkelen en uitgroeien tot een volwassene die van betekenis kan zijn voor de maatschappij. Opgroeien gaat niet vanzelf, samenwerken gaat niet vanzelf. Kinderen hebben handvatten nodig om met situaties om te gaan. Het best oefen je deze in een neutrale situatie en dus staan er daarom wekelijks sociaal emotionele activiteiten op het programma van de groepen. Gezinnen hebben kinderen in diverse groepen en dus is een doorgaande lijn en een gezamenlijk doel voor de hele school wenselijk. Op de Michaëlschool maken we gebruik van Kwink. In de wekelijkse nieuwsbrief wordt het doel van de periode gecommuniceerd met de ouders.

Kwink onderscheidt zich door de focus op zowel de vijf competenties van sociaal-emotioneel leren als de vijf fasen van groepsdynamica. Het zijn de uitgangspunten om de activiteiten vorm te geven. Ook is er aandacht voor de transitie (het geleerde in praktijk brengen).

Hoe wordt een klas een prettige groep? Dat gaat niet vanzelf. Vragen die spelen zijn: Wie bepalen de sfeer? Wie is de leider? Zijn er ook informele leiders? Wie zijn de meelopers? Jarenlang onderzoek naar groepsdynamica toont aan dat een leraar die rekening houdt met de fases die een groep doormaakt en daar zowel sturend als volgend in acteert, de beste voorwaarden creëert voor een succesvol en prettig jaar. Die groepsfases zijn:

1. forming: kennismaking en oriëntatie: wie is wie en hoe werkt het hier;
2. norming: normen, regels en gedragsverwachtingen;
3. storming: de strijd om de hiërarchie; een sociaal ‘gevecht’ om op verbaal, fysiek en ‘digitaal’ vlak zo hoog mogelijk te komen;
4. performing: zijn de eerste drie fases goed verlopen, dan is dit de periode van een positief leer- en leefklimaat en is de klas een groep;
5. adjourning: de periode van voorbereiden op het afscheid.

Sociaal-emotioneel leren kent vijf competenties. Gedragsdeskundigen stellen dat het systematisch aanleren van de volgende vijf competenties (levensvaardigheden) wezenlijk bijdraagt aan een veilige leer- en leefomgeving:

1. Besef van jezelf (ik)
2. Zelfmanagement (ik)
3. Besef van de ander (jij)
4. Relaties hanteren (jij)
5. Keuzes maken (wij)

Niemand wil dat gedrag van kinderen uit de hand loopt. Immers: dit type gedrag kan het klimaat in de groep negatief beïnvloeden. Veel van die gedragsproblemen zijn door het aanbieden van goed onderwijs te voorkomen. ‘Preventie’ is daarbij het sleutelwoord en is nauw verbonden met veiligheid. Zeker in het kader van passend onderwijs is vroegtijdige signalering, gevolgd door snelle, lichte maatregelen en interventies, van groot belang. Onderzoek bevestigt dat preventie vele malen effectiever en daardoor ook goedkoper is, dan achteraf (curatief) repareren. Daarom gebruiken wij op de Michaëlschool de methode Kwink op een structurele wijze.